Rome
Naast de maand mei is ook de maand september een prachtige maand om op vakantie te gaan naar een in de zomer behoorlijk warm land. En in Italië kan het behoorlijk warm zijn.
Rome is een hele grote stad en wat erg op valt zijn de vaak afgebroken autospiegels als er al spiegels op de auto zaten. Men rijdt hier zo apart en het zijn waarlijk tovenaars in het verkeer, want een vierbaans weg toveren ze zo om in een 5 baansweg door gewoon dubbel te gaan rijden.
In het bruine gedeelte van de bekende laars ligt Rome.
De taal Italiaans maakt onderdeel uit van de Romaanse taalgroep. Het Italiaans wordt gesproken door ongeveer 57 miljoen mensen in Italië, in verschillende dialecten. Sommige van deze dialecten verschillen zo sterk van het standaard-Italiaans, dat ze op zichzelf staande talen zijn geworden. Het aantal sprekers van het standaard-Italiaans in Italië bedraagt ongeveer 30 miljoen. Wereldwijd zijn er in totaal ongeveer 63 miljoen Italiaanssprekenden.
Prachtige kunst ligt gewoon op straat en rechtsboven: een fonteintje hier, een fonteintje daar...
De Fontana `La Barcaccia', ook wel Fontana della Barcaccia geheten, staat op het Piazza di Spagna, beter bekend als de `Spaanse trappen'. De fontein is ontworpen door Pietro Bernini, vader van de meer bekende Gian Lorenzo Bernini verschaft deze Fontana della Barcaccia (letterlijk: Fontein van de lelijke boot) de Spaanse trappen een pittoresk uiterlijk.
Prachtige beeldhouwwerken zijn bewaard gebleven en als de duiven er niet te vaak hun behoefte op doen, dan blijven ze mooi licht gekleurd.
De Engelenburcht is een monument in Rome. De burcht is het oorspronkelijke het gevaarte van Hadrianus, het reusachtige mausoleum van Hadrianus dat is gebouwd tussen 135 en 139 onder leiding van de architect Decrianus.
De Engelenburcht heeft zijn naam te danken aan een legende. Op kerstdag 590 hield Paus Gregorius I een grote plechtige kerkelijke optocht om God te smeken een einde te maken aan de pestepidemie. Bovenop het mausoleum verscheen de aartsengel Michael. De engel stak zijn zwaard in de schede, wat betekende dat Gregorius' bede was verhoord en de strijd tegen de pestepidemie voorbij was. Paus Pius II liet op de plaats waar de aartsengel zou zijn neergestreken een kapel bouwen.
Het mausoleum leek in de oudheid al niet meer op een graf. De beelden die op de rand van het mausoleum stonden, zijn bijvoorbeeld al een keer gebruikt om de Gothen weg te jagen. Het begon eigenlijk steeds meer op een burcht (kasteel) te lijken. De pausen en de adel streden, nadat de Gothen weg waren, om de burcht. Zij lieten de Engelenburcht verbouwen tot een sterke vesting die het Vaticaan (de Katholieke Kerk) moest beschermen tegen invallers, maar ook tegen de middeleeuwse Romeinse adel en burgerij.
Voor de veiligheid liet Paus Nicolaas III in 1277 de Passetto (doorgang) bouwen, ook wel de Corridoio (Corridor) genoemd. Dit was een brug tussen het Vaticaan en de veilige burcht die uitkwam op de Aureliaanse Muur. Nu kon de paus, wanneer er gevaar dreigde, met zijn schatten wegkruipen achter de dikke muren van de Engelenburcht. Later werd de burcht ook als pauselijke schatkamer gebruikt. Tot en met de 16e eeuw werden de verdedigingswerken verbeterd en de zalen steeds mooier versierd. Zo liet paus Paulus III de burcht comfortabeler inrichten voor het geval een van de pausen voor langere tijd in de burcht zou moeten verblijven.
Pas na september 1870, toen het Vaticaan de Engelenburcht overdroeg aan het Italiaanse leger, kreeg het voormalig mausoleum een rustige functie. In de burcht werd een museum gemaakt dat in 58 zalen de geschiedenis van de burcht laat zien. De laatste jaren is er veel aan gedaan om de burcht een beter aanzien te geven. Een deel van het vestingwerk is nu hersteld en een park geworden.
De Engelenburcht wordt met de andere oever van de Tiber verbonden door de Ponte Sant' Angelo (de Engelenbrug), de oorspronkelijke Pons Aelius (vernoemd naar keizer Hadrianus, wiens volledige naam Publius Aelius Hadrianus was), die gelijktijdig met het mausoleum is gebouwd. Ook de brug kreeg zijn echte naam in de 15e eeuw.
Wanneer men de brug oversteekt ziet men aan weerskanten tien engelen, die er in 1669 bij de restauratie van de brug op zijn gezet. De engelen, gemaakt door Gian Lorenzo Bernini, dragen elk een voorwerp dat te maken heeft met de lijdenstijd van Jezus.
En nu van de andere kant bezien.
De Trevifontein of Fontana di Trevi is de grootste en bekendste fontein van Rome. De fontein is circa 26 meter hoog en ongeveer 22 meter breed. Zij is gelegen aan een pleintje, het Piazza di Trevi. Ze is gebouwd door de architect Nicola Salvi en in de stijl van de late barok. De fontein staat aan de voorkant van het Palazzo Poli. In het keizerrijk was het de gewoonte om een monument op te richten op plaatsen waar water vanuit nieuwe bronnen Rome binnen kwam. De fontein is gebouwd in opdracht van Paus Clemens XII.
Het thema van het bouwwerk is de oceaan met majestueuze zeegod Neptunus op een schelpvormige strijdwagen die door gevleugelde paarden en jonge zeegoden (tritons) naar de oceaan wordt getrokken. Het ene paard is rustig, het andere steigert. Dit symboliseert de twee gezichten van de zee. In twee nissen staan links en rechts de uitbeeldingen van Overvloed en Gezondheid. Rechts bovenaan zie je een afbeelding van een maagd die een soldaat de plek van een bron aangewezen zou hebben. Wanneer je met je rug naar de fontein staat en er over je linkerschouder twee muntjes in gooit, je ogen sluit, aan Rome denkt en uitroept “Arrivederci Roma”, zul je ooit terugkeren naar Rome. (Vroeger dronk men het water uit de fontein om dezelfde reden).
De naam ´Trevi´ komt van de woorden ´tre via´ (drie wegen). Vroeger kwamen er namelijk drie wegen uit op het plein van de fontein.
De rimpels zijn talloos en toch is deze vrouw heel mooi. Zij is getekend door het haar geleefde leven, maar zij leeft voort in het heden.
Elke rimpel staat voor een stukje levenswijsheid; een prachtige vrouw.
De koepeltjes voorspellen het al, we naderen het Vaticaan.
Het Monument van Victor Emanuel II in Italië beter bekend als Altare della Patria (Altaar van de Natie) ofIl Vittoriano is een monument in de Italiaanse hoofdstad Rome. Het statige witte gebouw bezet het plein tussen de Piazza Venezia en de Capitolijn. Het gebouw is ontworpen door Giuseppe Sacconi en is gebouwd tussen 1895 en 1911 te ere van Victor Emmanuel, de eerste koning van een verenigd Italië. De bouw van dit gebouw is grotendeels ten koste gegaan van de Capitolijn. Het gebouw bestaat uit puur wit marmer het gebouw wordt geleid door grote trappen die je op de helft van het gebouw brengen. Veel zuilen zijn toegepast en in het midden een standbeeld van Victor Emanuel. Bovenaan aan de rechter en linkerzijde twee standbeelden van de godin Victoria die rijdt op een vierspan. Ook is er een tombe van de Onbekende soldaat aanwezig. Links en rechts van het monument staan fonteinen, de linker symboliseert de Adriatische zee, de rechter de Tyrrheense.
De Sint-Pieterskerk is een katholieke kerk in Vaticaanstad, en werd van 1506 tot 1626 gebouwd op de plek van het vroegere Circus van Nero in Rome, waar ooit de Apostel en eerste Paus, Petrus, gekruisigd en begraven zou zijn. Het is een belangrijk bedevaartsoord voor rooms-katholieken.
Een donker gekleurd beeld valt toch op in het Westerse Geloof
De biechtstoel als achtergrond
De Sixtijnse is een kapel in de Vaticaanse musea van Vaticaanstad. Hij werd gebouwd tussen 1475 en1483 in opdracht van Paus Sixtus IV, naar wie de kapel genoemd werd. Paus Julius II gaf in 1508 de opdracht aan Michelangelo om het gewelf te beschilderen. Michelangelo voelde zich ongelukkig met die opdracht want hij voelde zich een beeldhouwer en geen schilder en wilde verder werken aan een praalgraf. Voor het gewelf zou hij 3000 dukaten krijgen. Het duurde 4,5 jaar om het te schilderen door de slechte omstandigheden. Het is een van de bekendste zalen ter wereld, vanwege de beroemde fresco's van Michelangelo op het plafond en het feit dat in de kapel het conclaaf plaatsvindt waarbij nieuwe pausen gekozen worden.
Het is een prachtig museum, maar trek vooral je makkelijke wandelschoenen aan en zorg dat je een maand ervoor geen enkel museum bezocht hebt want anders krijg je echt een overdosis aan cultuur.
Het Colosseum heeft na de bouw te lijden gehad van verschillende natuurrampen. Een blikseminslag in 217 beschadigde het Colloseum dusdanig dat er gedurende vijf jaar geen spelen georganiseerd konden worden. Diverse aarbevingen brachten grote schade toe aan het gebouw, maar zolang het gebouw in gebruik was werd dit telkens gerepareerd door de Romeinen en later door de Ostrogothen. Tijdens de middeleeuwen volgden twee grote aardbevingen in 847 en 1349 die het Colosseum verder vernielden. In de 12e eeuw werd de ruïne van het amfitheater omgebouwd tot fort van de familieFragipini. De belangrijke Romeinse families, waar vaak ook de Paus uit voor kwam, beschouwden het Colosseum als een plaats waar eenvoudig bouwmateriaal gehaald kon worden voor hun nieuw te bouwen kerken en paleizen. Zo werd het marmer van de façade gehaald en herbruikt in nieuwe gebouwen of simpelweg verbrand om kalk te verkrijgen. Ook het ijzer waarmee de blokken steen en marmer werden vastgezet was gewild. Aan deze plundering kwam pas een einde in 1749 toen Paus Benedictus XIV de historische waarde van het Colosseum inzag en het verdere gebruik als steengroeve verbood. Hij wijdde het Colosseum als kerk ter nagedachtenis aan de lijdensweg van Christus en bouwde binnenin een kruisweg. De grond van het amfitheater werd als heilig beschouwd vanwege het bloed van de Christelijke martelaren dat hier vergoten werd, dit ondanks het feit dat de meeste Christenen waarschijnlijk gedood werden in het Circus Maximus. Latere pausen lieten het Colosseum verder restaureren en archelogisch onderzoeken.
En hij bleef stoer op zijn paard zitten; hij kan ook niet anders.
Arriverdeci